Hoe HR beter kan zorgen voor de breinen van haar werknemers.

Publicatie 19 november, Expert HR

Werken in een overvolle, drukke kantoortuin, ’s avonds nog wat mail wegwerken en steeds maar op die telefoon of computer zitten. Ooit houdt het menselijk brein dit niet meer vol. Vandaar dat Skils en Zorg van de Zaak de campagne Breinvriendelijk werken zijn gestart. Anouk Zondervan, GZ-psycholoog van Skils, legt uit hoe HR beter kan zorgen voor de breinen van haar werknemers.

Waarom eigenlijk al die aandacht voor breinvriendelijk werken?

‘Omdat wij in de praktijk steeds meer mensen tegenkomen die problemen hebben met het managen van alle informatie die elke dag op ze afkomt. Ze hebben moeite met het verdelen van aandacht. Dat leidt op den duur tot allerlei klachten.’

Wat voor klachten zijn dat bijvoorbeeld?

‘Uit onderzoek van Zorg van de Zaak blijkt dat 53% van werkend Nederland meerdere keren per maand lusteloos thuiskomt na een dag werken. En zo’n 63% heeft meerdere keren per maand grote moeite om zich te concentreren op het werk. Behalve lusteloosheid en concentratieproblemen zijn vermoeidheid, gejaagdheid, slaapproblemen en het gevoel tekort te schieten veelvoorkomende klachten. Uiteindelijk kunnen zo psychische en fysieke klachten ontstaan – denk aan burn-out – die leiden tot ziekteverzuim.’

Wat gebeurt er in ons brein als zulke klachten ontstaan?

‘Het is onder andere te vergelijken met het geheugen van een computer of telefoon. Ook het brein heeft een bepaalde capaciteit. Alleen waar die capaciteit van een computer of telefoon eenvoudig kan worden uitgebreid, is dat met het brein niet het geval. Die capaciteit is en blijft beperkt. Denk aan telefoons van vroeger, die slechts enkele MB’s aan geheugen hadden. Tegenwoordig is 64 GB niet vreemd meer. Ons brein kan echter vol raken. Als het te veel informatie te verwerken krijgt, continu moet multitasken, kan het brein aangeven dat het genoeg is. Op dat moment ontstaan klachten. Met de campagne ‘Breinvriendelijk werken’ willen we nou juist dat moment voor zijn. Er moet actie worden ondernomen voordat het te laat is.’

Waar bestaat die actie uit?

‘Breinvriendelijk werken gaat ervan uit dat een werknemer een betere balans vindt tussen wat wij noemen drie versnellingsvormen van mentale inspanning. Je hebt de lage versnelling, het ontfocussen. Daarbij komt iemand los van al zijn taken en ontspant hij. De middelste versnelling is de switchmodus, waarbij iemand niet al te complexe taken door elkaar doet, enigszins op de automatische piloot. Denk aan het verwerken van e-mail. Tot slot is er de hoge versnelling. Dat zijn werkzaamheden waarbij diepe focus, grote concentratie nodig is, zoals het schrijven van een rapport. Met name die eerste versnelling, de lage, is er een waar te weinig aandacht voor is. Privé, maar ook op het werk. Dat is namelijk de versnelling waarbij het brein kan herstellen.’

Hoe kan ons brein goed herstellen van de hogere versnellingen?

‘In elk geval niet door te gaan surfen op internet of – in de thuissituatie – een avondje te gaan Netflixen. Dat geeft namelijk ook weer allerlei prikkels: beelden, geluiden, ondertiteling et cetera. Zo blijft je brein in een toestand van alertheid. Herstellen kan met dingen die het brein niet zo belasten. Bijvoorbeeld een wandeling in de natuur, het luisteren naar lichte muziek, mediteren, maar bijvoorbeeld ook door eens lekker uit het raam te kijken, een beetje te lummelen.’

Welke rol heeft HR bij het op de werkvloer mogelijk maken van deze drie versnellingen, met name die eerste?

‘Zoals zo vaak begint het met bewustwording en beleid. Ga met elkaar in gesprek over hoe het nu in je organisatie geregeld is. Moeten mensen ’s avonds bereikbaar zijn? Moeten ze dag en nacht kunnen mailen? Bekijk vervolgens hoe je een breinvriendelijke werkomgeving creëert, faciliteer elke ‘versnelling’. Zorg bijvoorbeeld voor ruimtes waar iemand rustig en in stilte kan werken, zich kan terugtrekken.’

Geen kantoortuinen dus?

‘Daar ben ik op zichzelf helemaal niet op tegen. Ik begrijp de economische afweging, en ik zie ook andere voordelen. Het gaat er vooral om dat er óók ruimtes zijn om stil te werken. Uit onderzoek blijkt dat als je geconcentreerd ergens aan bezig bent en iemand stelt een vraag aan je, je zo’n 25 minuten nodig hebt om weer terug te komen op hetzelfde aandachtsniveau. Enorm inefficiënt dus. Een goede combi tussen een kantoortuin en stilteruimtes zou al prima kunnen werken, met daarbij het recht om af en toe uit het raam te staren…’